De werken van Ronny Delrue zijn stollingen van emotionele en intellectuele ervaringen. Zijn dagboeknotities vormen de voedingsbodem voor zijn schilderijen. Tegenstellingen als abstractie en figuratie, mooi en lelijk, weten en vergeten zijn voor hem essentieel. De vaak kleine doeken zijn geen letterlijke vertalingen van zijn gevoelens, maar reflecties daarop. Wat je voor schilderen aanziet blijkt een wegschilderen te zijn. De schilder verbetert niet of voegt niet toe, maar doet verdwijnen. Bepaalde figuren, aanwezig in het beginstadium van het schilderproces, kunnen in het eindresultaat onzichtbaar geworden zijn, maar toch blijven ze vermoedbaar. Het zijn dergelijke schemerzones die Delrue interesseren. De randen van zijn doeken tonen de onderliggende kleurlagen, verraden iets van de geschiedenis van het doek. Een beeld vertelt met andere woorden niet in een keer alles, maar onthult telkens iets anders. De kijker kan verdwalen in wat het werk allemaal kan zijn.
Ronny Delrue, die naast kunstenaar ook docent is aan de Hogeschool Sint-Lukas in Gent, werkte in 2011 aan een doctoraat in de Kunsten ‘Het onbewaakte moment. Een analyse van de gecontroleerde ongecontroleerdheid tijdens het tekenproces bij de genese van het beeld.’ (KU Leuven). In dit proefschrift vraagt Delrue zich af hoe het toeval meespeelt in het maken van een beeld. “Soms komen er onverwachte elementen aan de pas bij het tekenen. Maar is dat enkel bij mij het geval of is dat ook zo bij anderen?” vroeg Delrue zich af. “Tijdens het tekenen kan je soms per ongeluk een vlek maken. Dan kan je ofwel opnieuw beginnen of je kan verder gaan met die vlek.”. Hij liet ook andere kunstenaars aan het woord om hun visie op tekenen te geven. Zo laten onder andere Roger Raveel, Luc Tuymans, Anne-Mie Van Kerckhoven, Katleen Vermeir en Philippe Vandenberg hun licht schijnen over het tekenproces.